Stofwisselingsziekten : HYPERLIPEMIE

Bron : Diergeneeskundig Memorandum 12/94

Hyperlipemie is de meest voorkomende stofwisselingsziekte bij ezels. De etiologie is niet met volledige zekerheid vastgesteld. In elk geval speelt stress (zoals een veranderd dieet, pijn, transport en een plotselinge vermindering van de hoeveelheid voer) in combinatie met overgewicht een rol.

De preventie bestaat uit het zorgen voor een juist lichaamsgewicht van de ezel. Als men een ezel op een vermageringsdieet zet, moet men hem niet meer dan 2 kg. per maand laten afvallen. Verder moet men stressfactoren (zoals vaccinaties, dieetveranderingen, spenen) zoveel mogelijk op verschillende tijdstippen laten plaatsvinden.

Volgens de nieuwste inzichten zou mogelijk EHV 1- virus ook een rol in de etiologie kunnen spelen. Dit virus zou dan een ontsteking van de pancreas veroorzaken, waarbij de lever wordt aangetast. Bij onderzoek van een dier dat is gestorven aan hyperlipemie, is vaak een vergroting en ontsteking van de pancreasgangen en de pancreas te vinden.

 

Symptomen :

Het dier wordt in de loop van 2-10 dagen steeds slomer, eet niet meer en raakt uiteindelijk in coma. Soms is er sprake van speekselen en neusuitvloeiing. Bij het hyperlipemie-syndroom treden verder dyspnoe, uremie en aantasting van nieren en lever. De mortaliteit is 90-95 % .

 

Diagnose :

De diagnose wordt gesteld met behulp van een bloedmonster. Bij hyperlipemie ligt er een wit, opalescerend laagje op het bloed. Dit laagje kan wel 30 % van het monster uitmaken. De witte laag bestaat uit vetten die in het bloed komen door plotselinge mobilisatie van het reservevet van het lichaam. Bij postmortaal onderzoek is de lever vergroot, erg broos en heeft een lichte mosterdgele kleur.

 

Therapie :

De therapie is gelijk aan de behandeling van hyperlipemie bij pony's en is afhankelijk van de ernst van de aandoening. Voor een patiënt die hyperlipemisch is (het totale lipidengehalte bedraagt 10-20g/l) wordt de volgende therapie aanbevolen :

- Een infuus: Ringers-oplossing met 5 glucose, waaraan 20.000-25.000 IE heparine zijn toegevoegd.

- Dagelijks 60IE protamine-zink-insuline (i.m., eenmalige dosis)

- Zolang het dier niet eet, zorgen voor een geforceerde voeding, 2 x per dag ongeveer 2 liter slobber met een neussonde. De slobber bestaat uit lijnzaad, grasbiks en maïsmeel.